Samen staan we sterker

Hoe is de samenwerking met ECCO tot stand gekomen? Ik deed mee aan het At.Kollektive-project, dus zo ben ik bij ECCO terechtgekomen. Via At.Kollektive leerde ik de fabriek, de fabrikanten en de grondstoffen kennen. Maar de kennismaking met Panos [Mytaros, CEO] speelde ook een belangrijke rol, want hij is heel fijn om mee samen te werken. Hij zit barstensvol inspiratie en is heel creatief. En bij ECCO heerst een sfeer van gelijkwaardigheid, die ik erg waardeer. De samenwerking kwam dus op een heel natuurlijke manier tot stand.

Wat sprak je het meeste aan in deze samenwerking? ECCO leek niet echt op de bedrijven waar ik tot dan toe mee had samengewerkt. Maar ik kreeg een rondleiding in het bedrijfsmuseum en ik was bijzonder onder de indruk. Vooral van de innovaties, van de verantwoordelijkheid die het bedrijf neemt, het milieubewustzijn, plus het feit dat ze precies weten wat ze doen. Het was eigenlijk precies het soort omgeving waarnaar ik op zoek was. Omdat ze dat vertrouwen hebben, dat bewustzijn en die kennis, kunnen ze ook risico's nemen. Ik weet nog dat Panos op een gegeven moment zei: "We hebben niets te verliezen!" Je kunt gewoon dingen uitproberen. Als ze het iets vinden, dan nemen ze het op in de collectie; als ze niet geïnteresseerd zijn, dan doen ze dat niet. Dat heeft iets heel eerlijks.

Waarom wilde je opnieuw met ECCO samenwerken? Het is een indrukwekkend bedrijf, echt waar. ECCO heeft als merk iets heel bijzonders. Wat ze uitstralen is enorm authentiek en waarachtig. Ze zijn eerlijk en direct. Wat grappig is, is dat ze niet 100% een modebedrijf zijn, maar wel heel erg bij de tijd zijn als het gaat om lifestyle. Ik ben onder de indruk van hoe ze dingen doen, hun duurzaamheid, hun personeelsbeleid en natuurlijk hoe ze voortdurend innoveren. En dan bedoel ik niet alleen technische innovaties, maar ook de manier waarop ze telkens op zoek zijn naar nieuwe ontwerpers, nieuwe samenwerkingsverbanden en jonge mensen. Dat bewijst voor mij hoe open en modern ECCO is, en hoe authentiek. Dat voel je in alles, dat voel je echt.

Wat zijn de meest verrassende dingen die je over ECCO hebt geleerd door ermee samen te werken? Het was een merk dat ik niet echt kende, dus voor mij was alles een verrassing. Het is zo'n groot merk, maar er heerst ook een kalmte die ik erg waardeer, en die volgens mij voortkomt uit zelfvertrouwen. Ze weten wie ze zijn, wat ze doen en hoe ze dat moeten doen. Dat zie je niet zo vaak in deze branche.

Wat is kenmerkend aan jouw bijdrage aan het merk? Het gaat er niet om dat ik mijn stempel op ECCO kan drukken ofzo, maar dat ik iets doe dat goed is voor ECCO. Ik doe dingen waarvan ik denk dat ze iets moois opleveren, dingen waarvan ik misschien het gevoel had dat ze ontbraken, maar het belangrijkste voor mij is dat het weerklank vindt bij de mensen van ECCO. Het gaat niet om autonoom creëren, het is een samenwerking. Ik ben blij dat ik een bijdrage kan leveren en deel uitmaak van het team! Ze beschikken over enorm veel kennis, ze weten precies wat ze doen. Ze zitten niet te wachten op mensen die hen vertellen hoe het moet. Waar ze wel voor openstaan, is een nieuw perspectief.

Wat was het uitgangspunt voor je eerste collectie? Het basisidee was om binnen het bestaande kader te werken. Het was niet de bedoeling dat er een ontwerper zou binnenlopen die alles op de schop zou nemen. Dat was het tegenovergestelde van wat we wilden. Dus voor mij was het belangrijk om te kunnen werken met wat voorhanden was. Het ging erom om dat wat er al was in een nieuw licht te zetten, het vanuit een ander perspectief te laten zien.

Hoe verliep het ontwerpproces? Dat ging heel gemakkelijk dankzij de samenwerking met Niki Taestensen [Design Director bij ECCO]. Ik voelde geen schroom om dingen voor te stellen. We zaten op één lijn. Hij is een doener! Niki heeft me enorm geholpen om te focussen. Met alle verschillende technieken die ECCO gebruikt in het achterhoofd, had ik er vooral lol in om me bezig te houden met de sportievere, meer technische snufjes, zoals de BIOM®-zool. Die is echt geweldig!

Hoe kwam je op het idee van de felle kleuren? De leerlooierij bij ECCO is fantastisch en ze kunnen er ongelooflijk zacht leer maken in heel felle kleuren. Die combinatie vind ik heel aantrekkelijk. In mijn laatste At.Kollektive-collectie heb ik veel neonkleuren gebruikt. Sport en techniek hebben altijd een belangrijke rol gespeeld in mijn werk, en dat is nu nog sterker het geval. Het gaat om het bij elkaar brengen van het sportieve en het stedelijke element. Dus die kleuren komen uit het kleurenpalet dat je normaal gesproken ziet bij polyester of jersey – kunstmatig gefabriceerde stoffen – maar die kunnen nu dus ook worden toegepast op ecologisch leer.

Wat was technisch gezien het lastigste om voor elkaar te krijgen? Het grootste probleem bij schoenen is dat je zoveel verschillende onderdelen goed moet krijgen en moet combineren, maar in ons geval was 90% van het werk al gedaan. Wat wij deden was maatwerk, kleine details aanpassen. De manier waarop we het leer en rubber aan de zijkant hebben aangebracht, ziet er heel strak uit, en dat is moeilijk om goed te krijgen.

Hoe zou je jouw eigen stijl omschrijven? Ik zou willen dat ik een bepaalde stijl had, maar dat is absoluut niet het geval. Ik ben niet direct de makkelijkste, dat is gewoon zo! In mijn ogen zijn schoenen een van de veelzijdigste elementen in de garderobe van een vrouw. Ik heb altijd al enorm van schoenen gehouden. Wanneer ik me aankleed, begin ik soms met mijn schoenen en bedenk ik de rest daarna. Het gaat erom hoe je je voelt, hoe je jezelf presenteert.

Vind je het nog steeds bijzonder als je mensen ziet lopen in jouw ontwerpen? Ja, zeker wel! Ik kom nog steeds veel ontwerpen tegen die ik indertijd heb gemaakt voor modehuis Chloé. Dat is echt heel leuk. Een van mijn vriendinnen heeft net haar tweede opdracht voor een seizoenscollectie van At.Kollektive gekregen en stuurt me telkens foto's!

De nieuwe ECCO-campagne staat in het teken van moderne families. Wat betekent dat begrip voor jou? Om te beginnen heeft het alles te maken met oprechtheid. Het is echt mega-oprecht. Weet je, wanneer je met Panos of met iemand anders bij ECCO praat, merk je dat ze iedereen kennen – welke chauffeur je komt ophalen, welke ontwerper aan welke collectie werkt. Voor mij is een moderne familie... je vrienden. Het zijn de mensen met wie je samenwerkt. Ik denk dat we allemaal deel uitmaken van meerdere families. Persoonlijk heb ik verschillende gekozen families. En voor mij is het geen kwestie van moeten kiezen tussen mijn eigen familie, mijn vriendenfamilie en mijn werkfamilie. Ik denk dat je moet streven naar een balans tussen al die families. Ze vertegenwoordigen verschillende vensters op de wereld, verschillende plekken waar je je thuis voelt.

Waar ben je het meest trots op in de collectie? Dat ECCO er trots op is. Ik ben hieraan begonnen omdat ik ervan overtuigd was dat we samen echt sterker zijn..

Kun je alvast een tipje van de sluier oplichten over je volgende ECCO-collectie? Die hebben we vrij snel gemaakt, in zes maanden tijd. We zijn momenteel bezig de laatste hand te leggen aan de volgende collectie, die in februari 2024 uitkomt. Ik kan al verklappen dat we voor die collectie barstensvol ideeën zitten! En het worden er steeds meer. En omdat het zomer is, komen er ook sandalen. Van daaruit kijken we vervolgens meer naar de lange termijn, beginnen we met het maken van nieuwe zolen en dat soort dingen.

Wat is het belangrijkste dat je hebt geleerd tijdens het werken aan deze collectie? Eerlijk gezegd was alles nieuw voor mij. Ik had nog nooit op afstand gewerkt. Ik had nog nooit voor een bedrijf gewerkt dat alleen schoenen maakt. Wat ik vooral heb geleerd, is om me te laten verrassen. Ik kom altijd met een heleboel dingen, een heleboel mogelijkheden, en Niki is altijd eerlijk en zegt wat we wel en niet kunnen doen. Ik vertrouw hem en voel niet de behoefte om mijn zin door te drijven. Er is altijd voldoende vrijheid. Wat ik heb ervaren, is dat ik me hier thuis voel en met veel plezier mijn werk doe.